Economie is een sociale wetenschap die zich bezighoudt met de voortbrenging en verdeling van schaarse goederen en middelen. Schaarste heeft in de economie niet de betekenis van zeldzaam of tekort, maar slaat op het feit dat er bij de productie van goederen en diensten waarden moeten worden opgeofferd. Er zal daarom gekozen moeten worden want niet alles kan tegelijk. Het keuzevraagstuk is kenmerkend voor de economische wetenschap omdat de middelen beperkt zijn en de behoeften onbeperkt.
Armoede is volgens de definitie van de Verenigde Naties het niet kunnen voorzien in de eerste levensbehoeften. Zij ontstaat wanneer een persoon of een groep mensen onvoldoende betaal- en of ruilmiddelen heeft om in de primaire levensbehoeften te kunnen voorzien. De bestaansmiddelen hiervoor zijn wel aanwezig, maar ze kunnen als gevolg van schaarste onbetaalbaar worden.
Primaire levensbehoeften omvatten zaken als schoon en drinkbaar water, voedsel, kleding, huisvesting en gezondheidszorg. Zij gelden als noodzakelijk om een menswaardig leven te kunnen leiden. Deelnemen aan het sociale leven, degelijk onderwijs en ontspanning kunnen als secundaire levensbehoeften beschouwd worden. Het tegengestelde van armoede is welstand. Het tegengestelde van schaarste is overvloed. Het verschil tussen armoede en welstand wordt aangeduid door de armoedegrens.
(Lees verder)
De Nobelprijs voor de Economie eigenlijk niet bestaat. Pas in 1969 stelde de Zweedse Rijksbank een prijs ter ere van Alfred Nobel in, die nu algemeen de Nobelprijs voor de Economie genoemd wordt.
De inflatie van maart en april 2007 in Zimbabwe een officiële hyperinflatie is, vergelijkbaar met de eerdere hyperinflaties in Duitsland in de jaren 20 en in Joegoslavië en Argentinië in de jaren 90.