nl.wiktionary.org

krommen - WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak

Woordafbreking

  • krom·men

Woordherkomst en -opbouw

  • Afgeleid van krom met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
krommen
kromde
gekromd
zwak -d volledig

Werkwoord

krommen

  1. overgankelijk krom maken
    • Beschermend welfde zij haar hand om het kuiken. 
  2. wederkerend zich ~ bochtig zijn
    • De weg kromde zich langs de steile bergkust. 

Synoniemen

Vertalingen

Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

dekrommenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kromme

Gangbaarheid

96 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be